Spiderman verschijnt regelmatig op school. Welk kind wil nu niet kunnen klimmen, vliegen, onzichtbare draden weven en mensen redden? De vierjarige jongen torst zijn tas en het eerste wat hij doet als hij op school komt is die tas openritsen, zijn spidermanpak eruit halen en het pak – met hulp – aantrekken. Bijna de hele dag ís hij Spiderman, met alle bewegingen erbij. Een andere jongen komt vaak al in zijn pak op school, maar deze hoeft niet zo nodig Spiderman te spelen. Het is voor hem gewoon een van de pakken die hij graag aantrekt.
Ook op school hebben we zo’n pak. Op een dag wil Adam het graag aan. Maar ik heb mijn handen vol blokken die ik aan het opruimen ben. Het lukt hem om zelf de broekspijpen die binnenstebuiten zaten weer goed te doen. Dan is Isaac daar, Isaac altijd vol enthousiasme en energie, dadendrang en uitspraken. Hij ziet wat Adam wil. Aardig, zacht, zachtaardig, helpt hij hem. “Hier moet je arm in.” Lief, die hulp. Dat is wat we vaker horen, van mensen van buiten, die bij ons een les komen geven: “Wat letten jullie goed op elkaar.”