Donderdag 24 april. Ja hoor, ook bij ons staan er rekenboeken in de kast, van groep 3 tot en met 8. Ze liggen voor het grijpen, maar als je goed rond kijkt, zie je dat er veel meer mogelijkheden zijn om tot rekenen te komen. Emma telt geregeld het geld uit de kinderkas, en bedenkt dan wat ze er allemaal van zou willen kopen. De aankomende leerlinge zag laatst yatzhee liggen, en wilde dat wel spelen "Dan ben ik toch ook aan het rekenen?" Ja zeker, want ze ging alles zelf bij elkaar optellen.
Vandaag spelen we junior-monopolo, met biljetten van 1, 2, 3,4, en 5 euro. Als je twee attracties van dezelfde kleur bezit, moet degene die daar op komt het dubbele betalen. Het dubbele van 1,2,3,4, of 5. Emma heeft dat snel uitgerekend. En ook op welke manier je € 6 kunt betalen: 3 briefjes van 2, of 2 briefjes van 3… (en al de andere mogelijkheden). "We spelen Claartje blut!" roepen ze, en dat gebeurt al gauw. Met zijn tweeën spelen ze verder, en op het eind telt ieder zijn eigen geld. Emma heeft gewonnen met € 150! Ik geloof dat dat kwam, omdat Miquel er op een gegeven moment bij kwam zitten, en de jackpot uitdeelde als iemand op een bepaald vakje kwam.
Ik zat ondertussen met Zita haar vier in stukken geknipte sponsjes te bekijken. "Ik ga ze tellen", zei Zita. Per kleur ordende ze de sponsjes en begon te tellen. Daarna probeerden we of je er goed mee kon kriebelen. Ja hoor, dat lukte. We stopten snel een klein spons-stukje bij de andere materialen in de kriebeldoos.