Iedereen eet zijn eigen ei in zijn eigen huis, elkaar toezwaaiend vanaf een scherm, zo zag ons paasontbijt eruit. Het idee was leuk, maar je merkte wel dat mensen niet gemaakt zijn om achter schermen te leven. Je mist de spirit, de schwung, de dynamiek, het geroezemoes, het eitje tikken, het lijfelijk aanwezig zijn. Met de lessen was dat anders – je vertelt iets, er komt een vraag, je geeft antwoord, ze werken verder, het gaat goed.
De eerste 3 weken in coronatijd gaven we de basisschoolleerlingen iedere dag een uitdaging. Via de whatsapp kwamen de antwoorden binnen: een gedicht, een mooie tekening, een foto van een lekkere pannenkoek, de oplossing van een puzzel. Toen we na 3 weken nog langer thuis moesten blijven, begonnen we aan de online lessen. Voor de middelbare scholieren hadden we dat vanaf het begin al gedaan, maar voor de jongere kinderen was dat nieuw. Een link naar een jitsimeet en dan begon de les: ‘Goeiemorgen, vandaag een proefje met water en zeep.’
Van te voren hadden ze al doorgekregen welke spullen ze nodig hadden en zo konden we meteen beginnen. Het werkte. Ook vergaderingen online gingen boven verwachting goed. We hielden ons aan de rondjes, luisterden goed naar elkaar en kwamen tot besluiten. Dat hadden we van te voren niet verwacht.
En nu is het 15 mei, de eerste schoolweek zit erop. Twee dagen waren het, dagen van weer wennen aan elkaar, aan de nieuwe regels – ouders blijven buiten, handen wassen als je binnenkomt, voor je gaat eten en als je naar huis gaat, 1,5 meter afstand van elkaar -, zonder pubers, want die mogen nog niet naar school. Levendig, maar leger, gestoei, maar ook stiller. We missen de oudere leerlingen! Donderdag leek iedereen al meer gewend en leek alles gewoner. Zo gek is het ook niet om je handen te wassen, zeker niet als je, zoals hier, eerst heerlijk in de modder hebt gespeeld.
Het was fijn om te kijken naar de kinderen, te genieten van hun spel, te merken dat ze zoveel zelf kunnen en oplossen en er zijn voor elkaar. Daarom werk ik op De Vrije Ruimte.