Het is zoals met veel in het leven. Soms heb je niet echt zin om te gaan (ver weg, vies weer), maar als je er eenmaal bent, is het geweldig. Zo was het vanmorgen toen we naar Avalon gingen. Eerst alle kinderen verzamelen. Wie gingen er ook alweer zelf? En wie kwamen er niet? En in welke auto gaat iedereen? Rustig blijven, kijken wie er zijn, auto’s tellen, kinderen indelen en wegrijden. Dat viel best mee. Avalon is een klein paradijs ingeklemd tussen kassen en snelweg in Den Hoorn. Natuur, dat is wat je hier ziet, ruikt, proeft.
Groepjes maken om aan het werk te gaan: een pad maken van houtsnippers, houtblokken sjouwen, soep maken, onkruid wieden in de kas, vogelvoer-bakjes maken van oude melkpakken. Ik was ingedeeld bij het laatste en ging aan de slag met twaalf kinderen. Scherpe mesjes om uit de melkpakken raampjes te snijden. Dat lukte bij de meesten, zonder in vingers te snijden. Het gewoon laten doen en vertrouwen hebben dat het lukt. Degenen die het niet wilden of durfden, vroegen hulp. Dan het vogelvoer mengen met frituurvet (dat door de kinderen in blokjes was gesneden), een heerlijk werkje waar je supervette handen van krijgt. O, we zijn de touwtjes vergeten om de vogelvoerbakjes op te hangen, die liggen nog in een andere ruimte. Met zijn allen lopen we terug, wassen onze handen, vinden de touwtjes, maken gaten in de pakken, pulken de touwtjes er doorheen. Oudere kinderen helpen de jongere. Honger!
We gaan naar het vuurtje. Er is soep, er is deeg om om een stok te wikkelen, zodat je na verloop van tijd een gaar (of verbrand) broodje krijgt als jet het boven het vuur houdt. Mmmm wat lekker allemaal. En het regent niet. Niemand valt in het water, niemand raakt kwijt, iedereen zit of staat gezellig bij het vuur, eet, kletst, schommelt. Voor we het weten is het alweer tijd om te gaan, terug naar school en dan naar huis. Wat was het een heerlijke dag!