Vrijdag 4 april. Latijnse les. "Kom, we gaan een latijnse puzzel maken", zegt Miquel. Vorige week hebben we een aantal puzzels van 1000 stukjes gekregen, waaronder een van een Romeinse bruiloft, en een van de Sacré Coeur in Parijs. We beginnen met de kantstukjes (partes marginalis) en praten over hoe het er op zo’n bruiloft aan toe zal zijn gegaan. Een bruidegom met een mand vol appels, 2 duiven in een kooitje, een soort doopvont met water erin, mensen op de achtergrond, een man op de voorgrond die vast iets belangrijks moet doen, daarachter een meisje met een vaas. Miquel vindt de stukjes van de appelmand en de bruidegom. Ik richt me op de kant. Ondertussen is Emma bezig met haar Franse les; Marty en zij maken de puzzel van de Sacré Coeur. Na twintig minuten vinden de kinderen het tijd om buiten te spelen. Marty en ik zijn intussen helemaal gegrepen door de puzzel. En zo komt het, dat, terwijl de oudsten buiten fietsles geven aan de jongsten (en wij dat via het raam volgen), wij binnen fanatiek aan het puzzelen zijn, tot het tijd is om te eten.